Op de fiets

In een wereld van e-bikes en fatbikes zie je nog maar weinig gewone fietsen. Een tijdje terug dacht ik dat het op den duur wel weer in de mode zou komen om op een normale fiets te rijden, maar waarschijnlijk heeft die zijn langste tijd gehad. Tegenwoordig moet alles sneller dan snel en hebben mensen weinig geduld meer. Waarschijnlijk beginnen ze al te zuchten als ze mij zien rijden, want ik word heel vaak ingehaald door mensen die dertig jaar ouder zijn dan ik. En het is natuurlijk mooi dat tachtigplussers nog mee doen in het verkeer, maar ik vraag me wel af hoe het zit met de reactiesnelheid als er zich iets onverwachts voordoet.

Het moge bekend zijn dat de jeugd helemaal gevaarlijk bezig is op die fatbikes. Gelukkig heb ik tot nu toe nooit (even afkloppen) een aanrijding met zo’n gevaarlijk ding gehad. Mijn enige ongelukje dit jaar was met een overstekende kleuter. Het meisje fietste met haar driewieler op de weg en toen ik heel langzaam achter haar langs wou rijden, zette zij hem in de achteruit en botste tegen me aan. Ik verloor mijn evenwicht en viel op de weg. Het is in april gebeurd, maar ik heb nog restanten van de schaafwonden op mijn benen.

Ik kreeg deze fiets in 1996, toen ik 21 jaar werd. Mijn moeder had de banden van mijn fiets laten leeglopen, zodat ik op mijn vaders fiets aan het werk ging. Later bleek dat ze mijn fiets nodig had om in te ruilen voor de nieuwe. Drie jaar later haalde ik mijn rijbewijs en fietste ik weinig meer. Pas toen ik in Veendam ging wonen, herontdekte ik weer de lol van het fietsen. Als puber had ik ook altijd veel gefietst, het liefst door de eindeloze velden hier in de buurt. Misschien dat ik daarom geen zin heb om mijn fiets om te ruilen voor een nieuw exemplaar. Omdat ik er voor mijn gevoel nog niet vaak genoeg op gereden heb.

Gistermiddag maakte ik na het werk een ritje naar Hoogezand, zo’n 15 kilometer. Toen ik een paar uurtjes met een volle maag weer huiswaarts keerde, was het natuurlijk alweer donker geworden. Het eerste stuk was goed verlicht, maar de laatste kilometers was het afzien. Het was zo donker op het fietspad, dat ik echt moest gokken waar ik heen moest rijden. Zo’n stuk in het donker rijden, dat doe ik niet weer, maar het fietsen zelf blijft voor mij een fijne bezigheid. En zo lang als het kan, doe ik dat op eigen kracht.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *