Wat bezielde Laura Dekker om op veertienjarige leeftijd de wereld rond te willen zeilen? In een interview lees ik dat ze totaal geen last had van eenzaamheid. Ze ervoer een groot gevoel van vrijheid en kreeg zelfvertrouwen door werkelijk alles zelf te moeten doen. Er was niemand om op terug te vallen. Zo stond het kiezen voor het ruime sop voor iets groters: Laura wilde iets doen waar ze zelf achter stond en niet zoals zovelen achter de grote meute aanlopen.
Uiteindelijk is dat wat we vaak doen. Boeken worden bestsellers omdat mensen allemaal hetzelfde boek van dezelfde stapel pakken. We worden op school tot brave burgers gesmeed. Vaak denken we helemaal niet na over alle dingen die ons worden geleerd en voorgespiegeld. Het lijkt soms alsof er een blauwdruk bestaat voor wat een goed leven inhoudt. Maar wat dat betreft is het oude gezegde nog steeds van toepassing: ‘van het concert des levens heeft niemand een program’. Je weet niet precies wat je allemaal te wachten staat, maar je hoeft ook niet persé het pad te volgen dat er denkbeeldig al voor je is gelegd. Zo kun je je afvragen wat het nut is om op school allerlei droge theorie te moeten leren, terwijl je het leven ook spelenderwijs kunt ontdekken?
Voor de vader in de film “Leave no trace” is het overduidelijk dat hij niet wil zijn zoals zovelen. Samen met zijn dochter probeert hij zich ver te houden van de consumptiemaatschappij door zo spartaans mogelijk te leven. De vraag die in de film wordt gesteld is: in hoeverre kun je in deze tijd nog als een ouderwetse jager/verzamelaar leven? De man probeert waarschijnlijk net zo’n vrij gevoel in zijn hoofd te krijgen als Laura Dekker, maar door zijn PTSS is dat onmogelijk. Bovendien wordt de ontwikkeling van zijn dochter geremd door zijn wens om buiten de maatschappij te gaan staan.
