Ons zwervertje

Begin augustus vorig jaar zat er opeens een klein katje in onze voortuin. Het was vrij jong, maar het liep houterig als een oude kat. Het zag er verwaarloosd uit. De haren ruw en plakkerig, de ogen diep in de kassen, een vermoeide en wazige blik. De pootjes stonden raar… We hadden medelijden en mijn vrouw zette elke dag een bakje met eten neer. Zij ging bij de buren vragen of zij wisten waar deze kat woonde. Niemand had een flauw idee. In de week erna zat het katje elke dag weer in onze tuin. Vaak met een verstilde blik voor zich uit te staren, af en toe wat etend. Omdat we niet wisten of de kat überhaupt ergens woonde, maakte mijn vrouw in de voortuin een overnachtingsplek van een kist met dekens. Daar werd overigens geen gebruik van gemaakt.

Toen ik op een dag van mijn werk kwam was het katje er ook net. Hij zag er zielig uit. Vermagerd, wankel loopje, beetje warrig… We hebben hem maar even binnengelaten. Hij was nattig, ik heb hem afgedroogd. De kat liep wat heen en weer van de keuken naar de berging. We besloten om de dierenambulance te bellen. Ik kreeg er een man voor en die zei dat het tot de procedure behoort dat we eerst een foto met oproep op Facebook zetten.

Na een kwartier wou de kat weer naar buiten. Toen ik hem ging zoeken vond ik zijn schuilplaats: achter het elektriciteitskastje verderop in de straat was een deel van het gras plat. En daar zat de arme ziel. Onder een boom, naast een struik. Geen gekke plek op zich, maar ’s nachts veel te koud natuurlijk. Toch ging hij me niet achterna toen ik weer naar huis liep.

Achter het kastje had de kat haar schuilplaats.

We zetten een foto op Facebook en hadden gelijk al een reactie van een jong stel uit een naburig dorp. Zij waren hun kat al zeven maanden kwijt en dachten hem in onze foto te herkennen. Even later stonden ze voor onze deur. De kat was inmiddels weer bij ons binnen. Ze twijfelden wel, want de tekening op de pootjes was anders. Toch besloten ze om het diertje naar de dierenarts te brengen om te zien of hij gechipt was.

We kregen al snel een bericht dat het hun kat niet was. De kat was sowieso niet gechipt. Hoogstwaarschijnlijk dus een zwerfkat. De dierenarts was erg geschrokken; volgens hem had de kat nog maar een overlevingskans van 10 procent. Het was zelfs moeilijk om te zien of het een mannetje of vrouwtje was, zo slecht was ze eraan toe. Om de kat toch een kans te geven, deden ze haar aan het infuus.

De volgende dag bleek dat het beestje niet meer te redden was. De arts zei dat het beste was om het te laten inslapen. Mijn vrouw fietste naar de praktijk van de dierenarts, het stel was er ook al. Met zijn drieën hebben ze het katje nog wat geknuffeld, maar veel respons kwam er niet meer. De dierenarts gaf daarna het spuitje.

Dat waren de laatste dagen van ons zwervertje…

5 gedachten over “Ons zwervertje

  1. Ach wat een triest verhaal, maar het diertje is nu beter af en hoeft niet verder als een zwerfkatje want waarschijnlijk zou het toch nooit een huiselijk diertje geworden zijn.

Reacties zijn gesloten.