Doe effe rustig

Ik las net een leuke column van Jeffrey Wijnberg waarin hij stelt dat iedereen zich zo laat opjagen. Mensen praten sneller dan ooit en leven alsof de duivel hun op de hielen zit. Dat ik zelf niet meer tot die wereld behoor ontdek ik wanneer ik de TV aanzet. Het is één en al kabaal, drukdoenerij om niks en ik word er alleen maar onrustig van. Het zal geen verrassing zijn dat de TV hier nog maar zelden aanstaat, en dan alleen voor een leuke serie waar we met onze volle aandacht naar kijken. In plaats van dat doelloze zappen van het ene naar het andere programma en zonder die vreselijke reclames die veel te vaak en veel te hard voorbijkomen.

Ik herinner me een sollicitatie van enige jaren terug. De eigenaar van het bedrijf gaf me een rondleiding door het pand, maar deed dat op zo’n hoog tempo dat ik er nauwelijks iets van mee kreeg. Op een gegeven moment besefte ik me dat ik eigenlijk helemaal geen zin had om me zo te haasten en ging ik een stuk trager lopen en beter om me heen kijken. Het is uiteindelijk niks geworden. Sowieso is de reclamewereld voor mij veel te hip en te commercieel. En, inderdaad, te jachtig.

Het lijkt er in onze maatschappij op dat je je maar moet aanpassen. Maar ik bedank daarvoor. Ik geloof er heilig in dat iedereen zijn eigen tempo heeft. Gister hoorde ik nog een verhaal van een man die niet goed op zijn werk kon meekomen. Daardoor werd hij depressief en kreeg hij anti-depressiva voorgeschreven. Symptoombestrijding van het ergste soort. Nu hij in de ziektewet zit is het onduidelijk of hij wel terug wíl of kán komen. Uiteraard staan er voor hem ook weer tien anderen te wachten om zijn plaats in te nemen.

Sommige dingen doe ik in een hoog tempo. Het schrijven van dit stukje kost me amper tien minuten. Maar ik hou ervan om af en toe pas op de plaats te doen. Om me heen te kijken zodat het leven niet aan me voorbij gaat. Want daar is het veel te kort voor.