Gezelschapsspelletjes

Toen ik twee weken geleden tegen een 25-jarige knul zei dat ik op mijn 35e al zo goed als afgeschreven was voor de arbeidsmarkt, zag ik zijn gezicht betrekken. Ook al overdreef ik een beetje toen ik dat gegeven als een reden gaf om kleine zelfstandige te worden; het was wel het gevoel dat ik kreeg na de zoveelste afwijzing. Maar zo nu en dan kijk ik uit nieuwsgierigheid nog wel eens of er vacatures zijn en dan valt het me op dat de gestelde eisen niet alleen meer over het werk zelf gaan. Stiekem wordt er ook gekeken of iemand in een ’team’ past en of hij of zij het ziet zitten om op vrijdagmiddag ‘ongedwongen’ een potje te tafelvoetballen of te biljarten. Van zoveel gezelligheid op het werk keert mijn maag zich om.

Op de website van een reclamebureau waar ik laatst contact mee had, staat het verslag van een feest dat ze onlangs hadden. Een foto van hun deelname aan een ‘real life game’, compleet met malle pakken en helmen op en ze schoten op elkaar met speelgoedwapens. “Het was supervet” staat er te lezen. Noem mij een zuurpruim, maar voor geen geld zou ik aan zoiets meedoen. Dit heeft helemaal niets met werken te maken en als dit onder ’teambuilding’ valt zie ik er al helemaal geen heil in. Je collega’s hoeven geen vrienden te zijn. Ik werkte in het verleden prima samen met mensen waar ik totaal geen band mee had.

Tegenwoordig moet alles altijd maar gezellig zijn en o wee als er zich een zuurpruim onder het personeel bevindt. Voordat diegene het weet wordt ie afgeserveerd omdat er ‘geen klik’ meer is of omdat er een ‘verschil in visie’ is. Hardop zeggen dat je vooral werkt voor het geld is ook een taboe, want volgens sommigen is werk zo zaligmakend dat ze het desnoods gratis en 24 uur per dag zouden willen doen. Pas als ze na een tijd weer van hun burn-out bekomen zijn, denken ze er opeens anders over. Of staan ze weer in de startblokken om dezelfde fouten opnieuw te maken.

Iemand een ‘baas’ noemen zou ouderwets zijn, net zoals het begrip hiërarchie zijn beste tijd heeft gehad. Maar de man die met een glimlach op zijn gezicht zegt ‘dat we het allemaal samen moeten doen’ kan jou er zo uit knikkeren. Dus een beetje afstand houden is helemaal niet zo onverstandig. Door al die gezelschapsspelletjes op het werk kunnen mensen dat wel eens vergeten.

Welke collega’s?

6 gedachten over “Gezelschapsspelletjes

  1. Ik word daar dus ook niet goed van. Ik heb een hekel aan onze zogenaamde gezellige teamuitjes en ga mee omdat ik het niet kan maken om nee te zeggen. Ik zie het als een verplicht nummer. Idd, mijn collega’s zijn niet mijn vrienden en met zulke uitjes kan ik nul mijzelf zijn. En volgens mij is dat waar het om draait bij vriendschap.

  2. Ik ben net over de 50 en ben dus gewoon te oud voor de arbeidsmarkt. Nu ben ik afgekeurd en hoef ik niet maar heb gelukkig wel wat, maar het is van de zotte dat mensen van mijn leeftijd geen baan meer kunnen vinden.

  3. En dan hebben we het niet eens over de “vriimibo” , ik vind het écht belachelijk dat er op vrijdagmiddag samen iets gedronken moet worden op kosten van de baas en met een slok op de auto in. Maar ja, ik stam ook nog uit de tijd dat de 48 urige werkweek nog een verbetering was.

  4. Ik vind ook dat collega’s geen vrienden hoeven zijn. Werken is op het werk en graag binnen de werktijd en daarbuiten vooral niet. Maar natuurlijk ben ik ook de beroerdste niet.

Reacties zijn gesloten.